2016 0905 CdN dag 6, Markina-Xemein - Zenarruza
Door: Anita
Blijf op de hoogte en volg Anita
05 September 2016 | Spanje, Ziortza
Het Spaanse stel van de peren is als eerste wakker. Zijn druk doende met hun rugzakken, hoofdlamp en weet ik veel wat nog meer voor toestanden. Buiten is het nog aardedonker. Heb geen idee hoe vroeg het is. Ik probeer weer in te dommelen, maar in deze kleine ruimte met het rumoer direct naast mijn bed wordt het toch wat lastig.
Helemaal als er ook nog een spuitbus met een scherp ruikend goedje aan te pas komt.
De dag is begonnen.
Niemand lijkt verder echt veel zin te hebben om op te staan. De Spanjaarden zijn al lang en breed vertrokken als er meer leven in de brouwerij komt. Er komt een bepaalde routine in mijn ochtendritueel. Alles lijkt toch zo zijn eigen plekje te hebben gevonden in de ongeorganiseerde chaos die rugzak heet. Het ontbijt van madeleines, crackers, en stokbrood met jam smaken prima. Wat te drinken erbij en een stuk fruit, ik kan er weer even tegen.
Tijdens het ontbijt komt de vraag; Wat doen we? 8 km naar het monasterio de Zenarruza. Een klooster wat bij alle pelgrims hoog op de lijst van graag te bezoeken albergues staat. Of doorlopen naar Gernika, dat is nog 17 km erbij. Komt het dag totaal op 25 km. Pfff…is wel veel na zo’n dag als gisteren.
Laten we maar gaan lopen en zien hoe ver we komen. We lopen Markina uit meteen weer de bergen in. De dauw hangt tussen de bergen. Voor het eerst deze dagen dat er een soort van ochtendmist hangt. Mooi gezicht die laaghangende wolken. Het stenige pad de berg op gaat moeizaam. Ben nog niet goed wakker. Het lijf wil wel, maar mijn hoofd doet vandaag niet zo erg mee. Via smalle paadjes over stenige wegen worden we al snel weer de berg op gestuurd.
Om 10 uur bereiken we het monasterio de Zenarruza. Wat is het hier mooi. Stil, vredig, ruim, sereen. Een monnik loopt door de tuin en schoffelt hier en daar wat. Een aantal medepelgrims vindt het te vroeg om te stoppen en loopt door. Anderen kunnen bijna niet meer en besluiten hier te wachten. Het is mooi geweest voor vandaag. Na een kwartiertje komt de monnik naar ons toe. We mogen de albergue in als we willen. Nou dat is niet tegen dovemans oren gezegd. We laten een stempel zetten in ons pelgrimspaspoort, zoeken een bed uit, gaan de was doen, douchen en verder gewoon lekker niks. Met blote voetjes in het gras lopen.
En toch…..lukt het me niet om de rust over te nemen die hier is. Ik pak mijn schrift en loop een eindje de berg op. Probeer wat te schrijven, maar dat wil niet echt lukken. Staar wat voor me uit, maar krijg geen letter op papier. Loop weer terug en zoek een ander plekje. Op de binnenplaats van het klooster gaat even mijn ‘lichtje’ uit. Het is hier zo stil, zo vredig, zo rustig, en in mijn hoofd zo’n chaos. De tranen stromen over mijn wangen. Het is duidelijk niet mijn dag vandaag, of misschien juist toch wel. Voel me een beetje als een kraamvrouw. Van die vervelende tranen die maar niet op lijken te willen houden. Ze blijven gewoon komen.
Ik kan niet anders dan het maar gewoon laten gebeuren. Een medepelgrim die languit op zijn iso mat in het gras ligt heeft niets in de gaten. Ligt heerlijk van het zonnetje te genieten. Nog niet zo’n gek idee eigenlijk. Met mijn benen languit in de zon, mijn rug tegen de koele muur, sluit ik mijn ogen, adem in, adem uit, adem in, adem uit. Ik luister naar de geluiden om mij heen. Een deur gaat open, iemand loopt langs, buenas dias. Buenas dias zeg ik terug. Mijn ogen nog steeds gesloten. Langzaam komt er rust in mijn hoofd.
Om 12 uur is er een viering in de kerk. Ik sluit me aan en krijg een boekje aangereikt. De zang is heel herkenbaar en dankzij het aangereikte boekje nog een soort van mee te zingen ook. De zeven priesters die hier nog wonen stralen een wonderlijk soort rust uit. Ze lijken de meeste tijd gewoon te slapen. De jongste van het stel drukt steeds op een knopje waarna er een toon uit het orgel komt en de zang kan worden ingezet.
Ieder heeft duidelijk zijn eigen taak in het geheel. Heel overzichtelijk allemaal.
Na deze viering zoek ik mijn camino familie weer op. De monnik die ons welkom heette komt met schalen vol tortilla en gekookte groenten aanzetten. Het is hartverwarmend hoe goed er hier voor ons gezorgd wordt. Er komen steeds meer pelgrims binnen en ieder krijgt een bed toegewezen. De behoefte om alleen te zijn is er nog steeds. Ik ga op het bankje zitten op de heuvel, bij de ingang van het klooster.
Het voelt heel egoïstisch om hier te zijn. Niks te hoeven, gewoon te leven bij de dag. Geen deadlines, geen klok, alleen maar genieten van wat de dag brengt. Is dit nu een pelgrimstocht of is het toch vakantie? Ben ik sterk of juist zwak om na 8 km te zeggen, het is mooi geweest voor vandaag. Is het eigenlijk wel mooi geweest voor vandaag of draait mijn brein nu overuren? Heeft mijn lijf het de dagen hiervoor voor de kiezen gehad en krijgt nu mijn hoofd de inspanning? De antwoorden op al deze vragen komen niet. Sterker nog er komen alleen maar meer vragen bij. Gesprekken met medepelgrims passeren net zo goed de revue. Ieder zijn eigen camino verhaal.
Vermoeide pelgrims passeren. Ik hoop dat er nog plaats voor ze is. Er komt een jongeman aangelopen met een zichtbaar zware rugzak. Hij vraagt of er nog plek is. Geen idee antwoord ik, achter mij antwoord ineens een stem dat de herberg vol is. De man komt erbij zitten op het bankje en zo praten we een poosje. De jongeman vraagt of wij op zijn rugzak willen passen, dan gaat hij vragen of ie zijn tentje mag opzetten in de tuin. Als hij even later terug is en hij toestemming heeft zijn tentje op te mogen zetten gaan we naar de tuin en kijken hoe het tentje wordt opgezet.
Met deze twee heren is het zo leuk. Vanaf de zijlijn bieden we onze hulp aan bij het opzetten van de tent. Maar verder dan goedbedoelde adviezen kwamen we niet, hij kon het heel goed zelf. Voor mijn gevoel hebben we uren daar op het gras gezeten. Af en toe schoven er wat andere pelgrims aan. Het was zo gezellig. Gesprekken die over van alles en nog wat gingen. De rommel op de camino bv; Wat kunnen we daar met zijn allen aan doen? Eigen troep opruimen natuurlijk, maar wil je ook de zooi van een ander meesjouwen? Hier kwam toch een heel hoog scoutinggevoel naar boven drijven. Laat de natuur achter zoals je hem aantreft. Voor veel mensen een uitdaging.
Zo vliegt een dag met weinig wandelkilometers als een razende voorbij. Met een aantal camino gangers sluiten we aan bij de avondmis en kunnen daarna aan tafel. Met 23 personen aan een lange tafel. De heren werd gevraagd een enorme pan soep te tillen. Stokbrood en kaas erbij. Een prima pelgrimsmaaltijd. Hoe mooi kan het leven zijn.
Tot het donker wordt zitten we buiten. De tafels en stoelen worden netjes aan de kant geschoven. Tanden gepoetst en om 22 uur ligt iedereen in zijn / haar bed.
Stilte.
Wat een dag!
Een dag met hoogte en diepte punten.
Een dag met tranen en een lach.
Een dag met een lijf dat wel wil maar een hoofd dat zegt; mooi niet.
Een dag met veel vragen en weinig antwoorden.
Een dag om niet te vergeten.
Een dag op de camino.
Een heel bijzondere dag.
Een caminodag.
Buenas noches.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley