2016 0915 CdN dag 16, Comillas - San Vicente
Door: Anita
Blijf op de hoogte en volg Anita
15 September 2016 | Spanje, La Acebosa
Het is nog donker als we uit Comillas vertrekken. Het afscheid van de medepelgrims viel me zwaar vandaag. Nog even knuffelen, elkaar een buen camino wensen en dan de duisternis in. Bah het is echt donker, het is even zoeken naar de gele pijlen, maar als we ze eenmaal hebben gevonden stiefelen we zo Comillas uit. Gelukkig heb ik mijn superzaklamp mee, daarmee spoor ik in no time de gele markeringen op.
In de bossen rondom Comillas klinkt de roep van enkele uilen. Zo’n mooi geluid, en het lijkt alsof het geluid in de duisternis extra ver draagt. Het doet me denken aan thuis als er in het bosje achter mijn huis uilen roepen naar elkaar.
Het is superstil op straat vandaag, het lijkt wel alsof iedereen vrij is. Toch raar …..het is donderdag, voor hier toch een normale werkdag denk ik. Bij het ochtendgloren komt de eerste blik op de oceaan. Supermooi. Het licht is geweldig. De brug over de Ría la Rabia is lang. Het gebied aan beide kanten van de brug een plaatje. Getijdengebied, water, zand, drooggevallen stukken, ruwe beplanting, hier en daar een boom, maar vooral een eet en rust gebied voor vele vogelsoorten. Na de beide Ría’s te zijn overgestoken komen we via de golfbaan terecht bij een surfers strandje. Hier weer de overbekende jaren 70 busjes, slaperige surfliefhebbers en zonaanbidders. Vooral de laatste groep heeft het vandaag lastig, want de weergoden hebben er de pest in. Of ze vinden onze poncho’s gewoon leuk, dat kan ook nog. Hoewel het inmiddels zo hard giet dat zelfs de poncho’s ons niet meer drooghouden. Wat een ellende zeg! Het is voorzichtig lopen. De wegen gaan steil naar beneden naar San Vicenze de la Barquela.
Als we in een barretje koffie willen gaan drinken worden we door de eigenaar bijna in de stoeltjes buiten op het terras gedrukt. Het is duidelijk, als we koffie willen mogen we buiten blijven, binnen zijn we niet welkom. Er zit weinig anders op dan ons te schikken in dit lot. De koffie en de croissant smaken goed, dat verzacht het leed een beetje. De pelgrims na ons overkomt hetzelfde lot en als de stoelen buiten vergeven zijn vraagt de uitbater nog net niet of we weg willen gaan. Dat hadden we inmiddels zelf al besloten en de volgende pelgrims werden op onze stoeltjes gedrukt. Rare manier van klanten werven.
We wapperen verder en steken een volgende brug over. Het busstation is aan de andere kant van de brug, maar dat laten we voor wat het is. San Vicenze is verder uitgestorven. De weg gaat fiks omhoog. De enkele Spanjaard die zich buiten waagt verklaard ons min of meer voor niet jofel om vandaag te gaan wandelen. De Spaanse Piet Paulusma verteld ons dat het vandaag niet op zal klaren. Er komt nog veel meer regen. Pas tegen de avond zal het opklaren. Hm…minder fijn vooruitzicht zeg maar.
Toch maar gewoon doorgaan, verstand op nul, stap voor stap voor stap ons doel voor vandaag zien te bereiken. Het doel is La Acebosa. Als we het dorpje naderen en vragen waar we het station kunnen vinden worden we een beetje meewarig aangekeken. Met grote armgebaren wijzen ze ons de weg. Als we met een enorme boog door het afgelegen dorpje weer de landerijen worden ingestuurd zakt de moed ons in de schoenen. Waar is nu het station? Ineens zien we spoorrails in de verte, dat is alvast iets. Eerst maar naar de overgang lopen dan zien we wel of we links of rechts gaan.Bij de overgang is het dus naar links.
Hoor ik dit goed? Mijn oren lijken een panfluit te horen spelen. Dit kan niet echt waar zijn? Een verlaten stationsgebouwtje, gras tussen de rails, vervallen deuren en ramen. Komt er hier ooit nog wel eens een trein? Ik verwacht hier eerder Charles Bronson met zijn panfluit, de postkoets en dames in prachtige oude kledij dan een trein. Is het de regen die mijn fantasie op hol doet slaan? De vermoeidheid en pijn in mijn been die mij laat hallucineren? Wat of het ook is…..wij proberen hier weg te komen. Verder lopen is geen optie meer. Maar komen wij hier nog weg? Jacobus help?
Gelukkig is er een tijdtabel op de gevel aangebracht en staan er supermoderne kaartjes automaten. Rare combi met het verder zo verlaten en vervallen gebouwtje. Op de tijdtabel zien we dat we mazzel hebben. Er gaat om 12.03 en 19.03 u een trein naar Santander. De andere kant op gaat er nog eentje om 16.15 u. 20 minuten later zien we in de verte de trein aankomen. Een oude Spanjaard tikt ons op de schouder bij het zien van de trein en gebaart ons snel naar de verhoging te lopen. Hup hup hup……doet ie….
Vlak voor onze neus stopt de trein en willen er wat mensen uit. We zijn vandaag de enige die mee willen. De rest van de mensen op het perron waren ophalers voor reizigers die uit de trein stapte. Wat een geluk……want als dat niet zo was geweest en wij niet op het heuveltje waren gaan staan was de trein doorgereden. Oeps…..Je moet het maar weten.
In de trein kopen we een kaartje bij de conducteur want de supermoderne kaartautomaten werken alleen als je er een bepaald soort pasje voorhoudt. Bij het kaartje krijgen we ook meteen een ticket om in Santander het perron te kunnen verlaten. Ik stop het veilig weg in de binnenzak van mijn jas.
Het voelt raar, terug te reizen naar Santander. Naar het voorbij glijdende landschap te kijken waar ik dagen in heb gelopen. De zon heb gezien, gevoeld, me erdoor heb laten warmen, de zee waarin ik zo heerlijk heb gewandeld op mijn blote voeten, de bossen waar de verkoeling zo luxe voelde. Het landschap waarin ik zoveel mensen heb ontmoet, mooie ervaringen heb opgedaan, geweldige natuur heb gezien, genoten heb van de saamhorigheid, de eenvoud, het oplossingsgericht denken, de verrassingen, de cultuur, de oude gebouwen, de prachtige stadjes.
Het voelt raar zo stilletjes weg te rijden bij mijn camino familie, mensen die ik 15 dagen geleden nog nooit gezien had. Maar waar ik nu een wonderlijk soort vriendschapsgevoel mee heb. Ik zal ze gaan missen.
Mijn wandelmaatje en ik reizen samen terug. Zelfs dat voelt nu bijzonder. Terug naar de stad waar ik 15 dagen terug landde met het vliegtuig, waar mijn Spaanse avontuur begon. Enkele uren later rijden we Santander binnen. Het eindpunt van de trein.
We lopen richting poortjes om het perron te verlaten. Wandelmaatje voorop, kaartje erin, kaartje eruit, poortje open en doorlopen. Ik volg, kaartje erin……..kaartje…………kaartje waar blijf je? Kaartje is weg? O nee hé? Kaartjes automaten en ik? !@#$ Zucht……de conducteur die mij het kaartje verkocht loopt achter mij. Ik kijk hem aan en lach lief, en verder doe ik gewoon heel onnozel. Ik haal mijn schouders op en gebaar dat het ding mijn kaartje niet wil terug geven. Het stationspoppetje aan de andere kant van de poortjes heeft mijn gestuntel ook al opgemerkt. Er wordt wat gesproken tussen beide heren, de sleutel van de conducteur biedt uitkomst. Het apparaat wordt losgemaakt en gekeken waar mijn kaartje gebleven is……..Opgefrommeld als een harmonica zit ie tussen de radertjes in het binnenste van de poortjes automaat. Nat kaartje vindt ie niet zo lekker blijkbaar……hij vist het natte kaartje uit het apparaat en laat mij er zonder problemen door het poortje. Hij schud een keer zijn hoofd en wenst me nog een buen camino.
Ik bedank hem en loop samen met mijn wandelmaatje naar de albergue.
Daar aangekomen blijken we niet de enige natte pelgrims vandaag. Er is overduidelijk een groep die net uit Güemes komt. Aan hun bandages is te zien dat ze bij de fysioman geweest zijn. Het is een grote herberg waar elk plekje benut wordt om stapelbedden neer te zetten.
Nieuwe Pelgrims is nieuwe kennismakingen, nieuwe gesprekken, nieuwe gedachten. Nadat iedereen zijn of haar bed in orde gemaakt heeft verspreid de club zich over de stad. De kathedraal is ons doel. Als het goed is is die nu wel open. En ja hoor, we mogen erin. Hoewel er hier ook voor betaald moet worden om binnen te mogen, strijk ik de hand over het hart. Buiten is het koud, nat en onaangenaam. Hopelijk is het binnen beter.
Er begint net een avondgebed, ik sluit stilletjes aan en geniet van de overbekende latijnse klanken. Na dit avondgebed gaat het naadloos over in een viering. Deze blijkt te gaan over de patroonheilige van Cantabrië. Vandaag is de dag dat Nuestra Señora Bien aparecida geëerd wordt. In 1605 waren er kinderen schapen aan het weiden toen er een heldere gloed over een Maria afbeelding viel. Veel mensen zagen in die tijd hierin een teken. Ze verenigden zich en vereerden deze Maria afbeelding. Hoewel er geen wonderen toegedicht worden aan deze heilige wordt er elk jaar op 15 september een nationale feestdag gehouden. Sinds 1905 is Nuestra Señora de patroonheilige van Cantabrië. In 1955 werd daar patroonheilige van de zee en de bergen aan toegevoegd.
Het kwartje valt…..daarom waren dus alle winkels vandaag gesloten, was het vanmorgen zo muisstil op straat, en kwam voor ons gevoel het Spaanse leven maar niet op gang. Na deze bijzondere viering lopen we, via het station, de kaartjesautomaat voor mijn maatje, die gaat morgen met de bus naar Barcelona, in de regen, op zoek naar een restaurant om de inwendige mens aan te sterken. Daarna terug naar de albergue. De regen kletst onophoudelijk op de straten. Het is bar en boos. Begonnen we deze camino in de moordende hitte, nu worden we uit onze schoenen gespoeld.
We zijn blij weer bij de albergue te zijn. We praten nog wat na met de pelgrims op onze slaapzaal. Het bidprentje wat ik mee gekregen heb is een mooie visuele aanvulling op het verhaal wat één van de jonge pelgrims aan zijn maatje probeert te vertellen, hij zat ook in de kathedraal. Het gesprek vliegt alle kanten op. De jongens zijn medicijnstudenten, er is een jonge duitse dame. Van het gesprek over de viering in de kathedraal gaan we over naar Nena en Rahmstein, hoe wonderlijk kan gaan? Als even later een oudere verwarde duitse vrouw binnenstapt wordt het gesprek nog maffer. We krijgen een onsamenhangend verhaal te horen waar niemand echt een touw aan vast kan knopen, het weer is niet goed! In Spanje regent het niet, de zon moet schijnen, dit is Spanje niet, dat soort teksten, en ze heeft heel wonderlijke gedachten over het zou horen te gaan in een albergue. Ze verwacht beddengoed, privacy, een kast, ontbijt, een zaal voor dames en eentje voor heren, dekens en een kussen. Wat doet ze hier? We horen haar verhaal aan maar kunnen er eigenlijk niks mee. We luisteren maar weten er niet echt een zinnig antwoord op te geven, de aandacht die ze krijgt lijkt voldoende. Op een gegeven moment gaat ze toch maar liggen en is ze stil. Wij praten tot de slaap ons allen ingehaald heeft en we naar dromenland kunnen vertrekken.
Wat een bijzondere dag, mijn laatste wandeldag op de Camino del Norte voor dit jaar.
een dag van ontmoeten
een dag van afscheid nemen
een dag van nog één keer de oceaan zien
een dag van genieten van de bergen
een dag van afzien in de regen
een dag van vooruit lopen
een dag van terug rijden
een dag van vieren
een dag van loslaten
een dag van bezinnen
een dag van dromen……
…….over de mooie Camino del Norte, de camino die was, die is en die komt……
Ultreia
-
12 Mei 2019 - 19:32
Juul:
Lieve Anita, dank je wel voor het delen van je ervaringen op deze santiago-route! Ik heb net al je verslagen gelezen en het geeft me een fijn gevoel al een klein beetje sfeer te hebben geproefd. Ik ga 6 juni starten vanuit Bilbao. Nogmaals bedankt! -
07 Juni 2020 - 13:57
Peter Theunissen:
Ik begrijp dat je na de 16 e dag niet verder bent gegaan. ga je het nog een keertje proberen af te maken, het geeft een speciaal gevoel in Santiago aan te komen ook nog steeds voor mij terwijl ik er toch al 15 keer geweest ben. gr.peter
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley