2019 0804 Via Monastica dag 8 Profondeville – Abdi
Door: Anita
Blijf op de hoogte en volg Anita
04 Augustus 2019 | België, Dinant
De Duitse fietsers, die even wat bij hun maatjes willen afgeven die verderop staan met hun tentjes, krijgen van Madame een stevige reprimande dat ze zich eerst moeten melden, niet zomaar de camping op mogen lopen. Ze begrijpen haar niet, of doen alsof, in elk geval trekken zich er niks van aan en lopen gewoon door. Als ze langs ons lopen zeggen ze lachend Militaïr? Madame is niet van plan ze achterna te lopen, dus het blijft bij wat geschreeuw van haar kant.
Wij ruimen ondertussen de tent op, ontbijten aan de picknickbank en maken ons klaar om te vertrekken. De helft van de baardmannetjes is inmiddels ook wakker en proberen hun medebaardmannetjes wakker te krijgen. Het lijkt nogal een uitdaging, de voeten waar ze tegenaan duwen, die buiten de tent steken daar zit weinig leven in. Madame komt aangelopen met een vuilniszak en maakt ze duidelijk dat er wel van ze verwacht wordt dat alles opgeruimd wordt. Ergens onder alle zooi staat namelijk een picknickbank verscholen. Erg veel praatjes hebben de heren nog niet vanmorgen. Tja….’s Avonds een vent…..’s morgens…een houten kop. Hihi…
Wij vertrekken en lopen de steile weg af naar het dorpje, gaat een stuk gemakkelijker dan gisteren moet ik zeggen. De Carefour is open, we slaan lekkere broodjes en wat fruit in voor onderweg. We zitten meteen op de juiste route, langs de Meuse lopen we de Via Monastica richting Dinant. Eerst nog een stuk tussen de drukke weg en de Meuse in. Tot we een sluis over kunnen en aan de andere over een mooi bospaadje ingaan. Af en toe moeten we even aan de kant om wat mountainbikers door te laten. Er is een georganiseerde fietstocht aan de gang. Aan de bordjes te zien gaat alleen de lange afstand deels met ons mee, het zal vanzelf wel rustiger worden.
Wij lopen inmiddels Ingeklemd tussen de steile rotswanden en de Meuse. De fietsers hebben we achter ons gelaten. Het is hier fantastisch, heerlijk zachte bosgrond onder mijn voeten. Wat een feestje. Dat het af en toe lijkt alsof de rechtopstaande stenen mijn voet in willen is minder maar och, er is zoveel moois te zien, dat ik die stenen maar voor lief neem.
Ineens horen we boven ons stemmen? Huh, waar komt dat nu vandaan? Wat blijkt, we bevinden ons in een gebied waar klimmers en abseilers hun domein hebben. Jong en oud vermaakt zich hier met klimgerei. Respect zeg. Het is bloedheet onder de bomen, als je toch tegen zo’n berg aangeplakt hangt in de volle zon, kan me niet voorstellen dat het daar nu zoveel koeler is. Ze klimmen er echt tot duizelingwekkende hoogtes. Geweldig om te zien.
We houden een korte pauze in het bos, eten onze yoghurtjes en genieten van het geroezemoes wat vanaf de berg komt. Wat draagt geluid toch ver. We zitten op een omgevallen boomstam die over het pad heen ligt. Komt er ineens een mountainbiker aan. Die houdt blijkbaar van een uitdaging. De paden die wij vanaf de sluis hebben gehad zijn niet bepaald fietswaardig. Dat vertellen wij hem ook. Hij zegt dat het alternatief de drukke autoweg is, dan neemt hij liever deze weg. Minder gevaarlijk. En hij hoeft nog maar 70 km zegt ie lachend. Dus dat redt ie zo wel.
Wij gaan verder door de weilanden en hebben nog een koeien invasie te trotseren. Net op het smalste stukje, bij een watertje staat een hele groep koeien. Ze zijn toch best indrukwekkend groot als je er dichtbij komt. Gelukkig gingen ze voor ons toch maar aan de kant. Wij konden weinig anders dan afwachten tot ze voor ons aan de kant gingen.
We hopsen vandaag van sluis naar sluis en lopen dan links en dan rechts van de Meuse. Als we bijna bij Dinant zijn hebben we nog de mogelijkheid de Abdei van Leffe te bezoeken voor we naar de camping gaan. Heel stiekem hoop ik eigenlijk dat er misschien in de Abdei van Leffe een bed voor ons is. De geluiden over een herberg in de Abdei zijn wat tegenstrijdig. We gaan het wel zien.
We steken de Meuse weer over en lopen het straatje in naar de Abdij. Ik ben zo ongeveer aan het eind van mijn latijn vandaag. Tijd om te rusten. Maar waar is de ingang? Ik loop om de Abdij heen, Dick is foto’s aan het maken en blijft wat achter. Om de bocht is een soort van toegangsweg. In de verte zie ik een monnik staan met 3 andere mensen. Ik ben blijkbaar een voorbeeld want met armgebaren maakt hij de mensen duidelijk dat ik dus de Pelgrim ben die welkom is zo blijkt even later.
Het blijken Spaanse toeristen te zijn waar hij mee staat te praten. Ze mogen wel even komen kijken, maar slapen niet, dat is alleen voor Pelgrims, of mensen die een retraite willen. Er wordt een Nederlands sprekende gastenpater opgetrommeld voor ons. Gastvrij worden we onthaald. Natuurlijk is er een kamer voor ons. We worden via allerlei gangetjes, de keuken, en nog een binnenplaats naar een bijgebouw gebracht, ondertussen verteld hij hoe de Abdij in elkaar steekt en waar wat allemaal is. We moeten nog 3 trappen op en in de uiterste hoek van het gebouw hebben wij onze residentie voor vannacht. Een compleet nieuw ingerichte en van nieuw sanitair voorziene pelgrims herberg. Er is plaats voor 6 pelgrims. We zijn vannacht de enige 2. De gastenpater wijst ons het lijstje met eet tijden. Diner en ontbijt en als we interesse hebben zijn we van harte welkom bij de Vesper. Bij het eten wordt het wel even inschikken want er zijn nog andere mensen te gast zo verteld hij. Een paar studenten en mensen die op retraite zijn. We zijn met z’n 8-ten zo blijkt later.
Voor het eten zijn we naar de Vesper geweest. Een momentje van rust en bezinning. Mooi om hier te mogen zijn en mee te vieren. Er gaat heel wat door mij heen tijdens de viering. Wat gebeurt er veel tijdens onze camino. Zoveel dat het nauwelijks te bevatten is. De overweldigende natuur, de warmte, de mooie mensen die we ontmoeten, het gastvrije onthaal wat ons steeds ten deel valt. De camino zo dicht bij huis, ik had het niet verwacht. Wist eigenlijk niet goed wat ik zou kunnen verwachten in België. Leeft de camino in België? Ik durf na 8 camino dagen in België volmondig te zeggen. Ja, de camino leeft hier zeker. Het voelt zo goed.
Na de Vesper, waar één van de retraite gangers een prachtig stuk op het orgel speelde, schoven we aan in de eetzaal. Het was een overvloedige maaltijd. We konden het niet eens allemaal op. Er was werkelijk van alles. Soep, brood, beleg, en zelfs nog aardappels en spinazie, en een toetje toe. De gekookte vanille pudding viel niet bij iedereen even goed in de smaak. Hilariteit alom. Eén van de studenten dacht dat het vanille vla was. Gekookte vanille pudding heeft duidelijk een andere textuur. De 2 schaaltjes die hij zich vooraf lachend had toegeëigend schoof hij maar weer gauw aan de kant. Zijn gezicht sprak boekdelen.
Na het eten hebben we met z’n allen de vuile vaat en de restjes naar de keuken gebracht en de tafel gedekt voor het ontbijt. Vele handen maken licht werk. De vaat mocht in de vaatwasser, die hoefden we niet af te wassen, wat ik overigens geen probleem had gevonden. De rust voor het eten, het moment van bezinning in de kapel, het eten en de douche voor die tijd, maakte dat we er weer helemaal tegen konden. Het was eigenlijk best nog vroeg. Wat zullen we doen? Lopen we nog een stukje? Ja, het is eigenlijk best lekker om nog even een rondje te maken.
Zo gezegd zo gedaan, we zaten maar 1,5 km van Dinant af en hebben op een rustig tempo nog een avondwandelingetje gemaakt en een drankje gedronken op een terras langs de Meuse. Voor we terug waren bij de Abdij was het donker. Tijd om te gaan slapen. Tanden poetsen en naar bed dus.
Dromen over wat was, en wie weet mooie dromen over wat nog gaat komen.
Weltrusten.
-
24 Augustus 2019 - 20:56
Maria:
Ach wat schrijf je toch leuke stukjes.
ik wandel mee want ik ken jullie pad heel goed.
twas de achtertuin van mijn familie en we struinden elk jaar heel wat of oppe Belsjch zoals wij zeiden.
ook menig schoolreisje daarheen gehad.
geniet nog lekker en groetjes ook voor Dick
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley