2016 0903 CdN dag 4, Zauratz - Deba
Door: Anita
Blijf op de hoogte en volg Anita
03 September 2016 | Spanje, Deba
Het pelgrimsleven bevalt me goed. Als de eerste pelgrims beginnen te rommelen word ik langzaam wakker en volg hun voorbeeld. Gisteravond laat nog de was gedaan. Die nu eerst maar ophalen uit de tuin, helaas moet ik die nu nog half vochtig in mijn rugzak stoppen. Balen.
Het is nog een beetje schemer als we de deur van de albergue uitstappen. Stap stap stap richting strand…..en dan…..hé…ik mis iets? Maar wat? Ineens weet ik het, ik mis het getik van de wandelstokken. Gelukkig zijn we nog dichtbij de albergue en is teruglopen niet zo’n ramp. Even later is er het vertrouwde getik weer. Heerlijk. Heel even hebben we ons nog afgevraagd; Gaan we terug met de trein naar daar waar we gisteren ingestapt zijn of lopen we door? Jacobus zal het ons vast wel vergeven als we doorlopen. Terug gaan is geen ramp maar toch doen we het niet.
Op de boulevard is een restaurantje open. Alleen voor koffie of thee, de rest mogen we erbij bedenken. In de rugzak zit gelukkig nog een droog stuk brood en wat beleg. Een pelgrim doet niet zo moeilijk. Op het strand is al enige beweging te bespeuren. Vroege vogels die een duik in zee nemen. Surfers die met hun plank op de perfecte golf wachten en strandparasol houders die al hun parasolletjes weer uitklappen. Ziet er heel grappig uit. Echt als een parasol maar dan met 4 zijkanten eraan. Zij aan zij rijen lang. Vrolijk gestreepte parasols. Een bakje met 2 stoeltjes erbij, laat de zon en de aanbidders maar komen.
Wij volgen het pad strak langs de kust. De weg, het wandel / fiets pad een hek, de kliffen en de zee. Kilometers lang slingert deze weg tot aan Getaria aan toe. Vandaag voor het eerst zo’n lang stuk over asfalt gelopen. Pff….heftig. Geen hoogte verschillen maar harde ondergrond. Niet hoeven kijken waar de gele pijlen staan, gewoon gaan …..
Als we Getaria bereiken hebben mijn kleine teentjes het niet meer naar hun zin in mijn hoge wandelschoenen. Bij het standbeeld van de Juan Sebastián Elkano, de eerste man die rond de wereld zeilde van 1519 tot 1522, bevrijd ik mijn tenen uit mijn wandelschoenen. Vrijheid……een mooiere plek kan ik niet bedenken voor mijn teentjes.
Ik laat de wind mijn opgewarmde voeten afkoelen en tape voor alle zekerheid toch maar even die kleine monstertjes. Heb weinig zin in echt blaren. Ik ben nog net op tijd. Hier neem ik ook de gok…..ik ga verder op mijn 5-fingershoes. De route is tot nu toe vlak, alleen maar asfalt lopen. In mijn gidsje staat; Licht stijgend pad …..ik weet inmiddels dat dat voor Nederlandse begrippen dan een beste bult is. Ik ga het wel zien. Wisselen van schoenen kan altijd nog.
De route naar Zumaia is inderdaad op en af, hier en daar onverhard, stenen, omhoog en omlaag. Heerlijk lopen op mijn 5-fingers, met zelfs meer grip dan op mijn hoge wandelschoenen. Het steile stenige pad naar beneden dans ik bijna, ondanks de rugzak die stevig op mijn rug zit. Beetje jammer van de zware schoenen die er nu aangeklemd zitten, is toch extra gewicht.
In Zumaia is het een drukte van belang. Er wordt die dag een triatlon gehouden. De vrijwilligers zijn druk doende het startparcours en weet ik veel wat nog meer te regelen. Voor ons is het koffie tijd dus gaan we op zoek naar een terrasje. Amerikaanse medepelgrims schuiven even later aan. We zitten daar of we elkaar al jaren kennen. Koffie drinkend en tortilla etend, gezellig kletsend.
Na deze pauze gaan het stel verder met de route, wij gaan bij het VVV informeren naar het klooster. Het is mooi geweest voor vandaag. De zware etappe van gisteren heeft behoorlijk wat van ons gevergd. Vandaag doen we het wat rustiger aan. Als we bij het VVV staan te wachten informeert een stel voor ons naar de mogelijkheid voor een boottocht. We kijken elkaar aan. Boottocht? Hmmm….zullen we? Als we aan de beurt zijn informeren we over de mogelijkheid een enkele reis naar Deba te varen. Kan dat en wat kost dat? Dat blijkt te kunnen en nog betaalbaar te zijn ook. Tja….overnachten in Zumaia of varen naar Deba? Het is nog vroeg, de boot vertrekt over 1,5 uur…..we gaan varen.
En zo zitten we om 14.00 uur in de boot naar Deba. Wat een geweldige ervaring. Met zo’n 35 medepassagiers varen we in een kleine boot langs de kliffen kust naar Deba. Er wordt door een gids van Geoparka van alles verteld over het ontstaan van de kliffen, de verschuivingen in aardlagen en weet ik veel wat nog meer. Het rappe Spaans van deze gids was ik al heel snel kwijt. De zon, de zee, het deinen van de boot, de prachtige uitzichten, de wind door mijn haren. Ach het maakte ook niet zoveel uit wat ze te vertellen had. Die kliffen liggen er al miljoenen jaren en zullen er de komende jaren ook nog wel liggen. Het ontstaan ervan te weten is leuk, maar mijn hoofd nu pijnigen om dit allemaal te willen kunnen vertalen is toch kansloos. Ik geniet gewoon en laat de uitleg voor wat het is. Na een uurtje varen bereiken we Deba. Nu op zoek naar de albergue. Want ja…..vanaf deze kant de stad in komen is natuurlijk anders dan gewoon de route volgen, dan kom je meestal gewoon langs de albergue. We lopen eerst maar de stad in en zien daar wel verder. In de schaduw, want de temperatuur is zelfs voor Spaanse begrippen erg warm, bestuderen we onze boekjes en hoe bij de albergue te komen. Hier blijken we toch echt eerst naar het VVV te moeten en ons aan te melden. We zien de Oostenrijkse pelgrim op een terrasje en vragen hem of hij al een slaapplek heeft. Nee niet nodig zegt hij, hij houdt hier even pauze en loopt straks weer door. Best dapper in deze hitte. Hij wijst ons op een plaat aan de muur die het teken van het vvv bevat. Dus….volgen we zijn raad en de pijlen en zo komen we bij het gesloten vvv kantoortje. Om 16.00 uur pas open. Oké, weer wachten dus. We lopen nog een rondje en gaan daarna maar weer terug. Dan blijkt ineens een heel blik pelgrims te zijn geland en er een flinke rij rugzakken klaar te staan. Oeps…..we sluiten aan en gaan er maar vanuit dat er genoeg plek is. 60 bedden vermeld de gids. Zoveel rugzakken staan er nog niet.
Als om 16.00 uur de dame van het VVV verschijnt kunnen we de sleutel halen en naar de herberg. Maar waar is die eigenlijk? Bij het station. Oké, uh…..bij het station? Maar daar zijn we langsgelopen. Hihi…..we hebben gewoon lopen suffen daar. De albergue blijkt in het oude stationsgebouw te zitten. Mooie bestemming voor een oud gebouw.
Eenmaal binnen blijkt dat het oude gebouw helemaal aan de eisen van deze tijd voldoet. Super schoon, netjes, gemoderniseerd, strakke organisatie. Voor de schoenen zijn mooie rekken gemaakt. Ik mag met mijn 5-fingers gewoon door banjeren. Heerlijk. Ja, ik heb ze nog steeds aan. Het is prima gegaan vandaag. De blaren hebben geen kans gehad verder door te zetten. Geen wrijving, geen blaren.
De gemoderniseerde herberg is een slaapfabriekje langs het spoor in de binnenstad van Deba. We ontdoen ons van de rugzakken, de natte was kan ik hier helaas niet buiten hangen. Maar de bodem van het bed boven mij, wat haarklipjes en wasknijpers en ik heb een prima droogrek. Mijn handdoek als ‘gordijntje’ langs de zijkant van mijn bed en mijn huisje voor vannacht is klaar.
Buiten op het pleintje even rustig zitten, wat schrijven en een beetje bijkomen. Kennis maken met weer nieuwe medepelgrims. Een dag vliegt op deze manier echt voorbij. We lopen nog een rondje door de stad, bewonderen de kerken en gaan heerlijk een pelgrimsmenu eten. Het blijft nog heel lang warm……..dat nodigt wel uit tot heel lang buiten te blijven. Maar toch…..ga ik lekker op tijd naar bed, want tijdens het eten vertelde mijn maatje morgen met de bus naar Markina te willen gaan.
Onze wegen zullen morgen anders zijn. Loslaten….best lastig, maar dit hoort ook bij de camino. Morgen dus echt alleen op pad. Nou ja…..alleen…..met zo’n 59 medeslaappies die allemaal dezelfde kant oplopen ben je natuurlijk nooit echt alleen.
En wie weet welke pelgrims nog elders hebben geslapen en ook deze tocht gaan lopen. Ik laat me gewoon verrassen morgen.
Als ik bij mijn bed kom is de meeste was aardig droog. Alleen aan het voeteneind blijft nog wat klein spul hangen om te drogen. Prima oplossing zo’n bovenstebedwasrek.
Ook mijn handdoek laat ik mooi hangen als gordijntje voor mijn bed. Het paadje langs mijn bed is een doorgang naar de andere ruimte en zolang het licht nog aan is, is net dat kleine beetje donker wel prettig. De geluiden van rommelende pelgrims zijn al zo vertrouwd dat ik er niet eens van wakker blijf, ik val in een heerlijke diepe slaap.
Slaap lekker, droom zacht.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley